Een monumentale kastanje aan het Verliefdenlaantje wordt gekapt. Dit vanwege opgelopen schade door foute snoei in het verleden. Er zijn toen veel te dikke takken afgezaagd. Een boom kan zulke grote wonden niet ''overgroeien'' en daardoor is de stam gaan inrotten.
Helaas heeft de gemeente van deze fouten uit het verleden niets geleerd. Ze gaat vrolijk verder met het afzagen van veel te dikke takken. In vrijwel elke Weertse straat zijn bomen onnodig toegetakeld.

De Bomenstichting beveelt aan om alleen takken te snoeien die dunner zijn dan 6 cm. Sommige soorten bomen verdragen takkensnoei tot maximaal 10 cm doorsnede.
Als er al gesnoeid wordt, dan in de jongere levensfase; dat heet vormsnoei. Je hoeft dan later geen dikke takken af te zagen, en lelijke grote wonden worden voorkomen. Zo is er minder kans op schimmelaantasting. Bovendien bespaart het geld doordat je de bomen op oudere leeftijd alleen onderhoud-snoei geeft (d.w.z. weghalen van dood hout).

Vaak is ook een probleem dat de bomen te dicht op elkaar geplant zijn. In het begin ziet het er prima uit maar naarmate de bomen volwassen worden, gaan de kruinen elkaar in de weg zitten. Dat geeft vorming van dood hout doordat blad deels niet voldoende licht meer kan vangen en uiteindelijk sommige takken dan afsterven.

Als er dan holen zijn ontstaan, heeft dit toch een positieve kant. Vleermuizen en ook spechten en andere holenbroeders zijn vooral in het broedseizoen aangewezen op natuurlijke of kunstmatige holen. Holen worden buiten het broedseizoen wel gebruikt om gezamenlijk in de winterperiode de koude winternachten te overbruggen. Dit is vooral van diverse mezensoorten bekend. Ook de Bosuil en de steenuil zijn blij met holen in de winterperiode. Dus waar bomen met holen kunnen blijven staan, is het raadzaam om deze bomen in stand te houden.